Een nieuwe piercing is een wond die tijd nodig heeft om volledig te genezen. Goede nazorg is essentieel om infecties te voorkomen en een gezond genezingsproces te bevorderen. Hieronder vind je de GGD-richtlijnen voor het verzorgen van een nieuwe piercing.
Algemene nazorg
Reiniging: Was je handen altijd grondig voordat je de piercing aanraakt.
Spoelen: Spoel de piercing twee keer per dag met een zoutoplossing (9 gram zout per liter afgekoeld gekookt water). Gebruik hierbij een schoon wattenschijfje of een steriel gaasje en dep zachtjes rond de piercing.
Drooghouden: Dep de piercing na het reinigen droog met een schone, papieren tissue. Vermijd katoenen doekjes, omdat deze bacteriën kunnen overbrengen.
Schoonhouden: Houd de huid rond de piercing schoon. Vermijd crèmes, make-up en geparfumeerde producten rondom de piercing, omdat deze kunnen irriteren en het genezingsproces verstoren.
Wat te vermijden
Draaien en verschuiven: Raak de piercing zo min mogelijk aan en vermijd het draaien of verschuiven van het sieraad, omdat dit het genezingsproces kan verstoren en bacteriën kan verspreiden.
Zwemmen en baden: Vermijd zwembaden, de zee en bubbelbaden totdat de piercing volledig is genezen. Deze kunnen bacteriën bevatten die een infectie kunnen veroorzaken.
Strakke kleding en druk: Vermijd strakke of schurende kleding op het gebied van de piercing. Dit kan het herstel vertragen en irriteren.
Genezingstijden
De genezingstijd verschilt per piercing en per persoon. Onderstaande tijden zijn een richtlijn:
Oorpiercing (oorlel): 6-8 weken
Kraakbeenpiercing: 3-9 maanden
Neuspiercing: 2-4 maanden
Navelpiercing: 6-12 maanden
Lip- en tongpiercings: 6-8 weken
Houd er rekening mee dat kraakbeenpiercings en piercings op andere gevoelige plaatsen langer kunnen duren om te genezen. Wees geduldig en blijf de nazorg consistent uitvoeren.
Langetermijnzorg
Vermijd onnodige druk: Pas op met hoofdtelefoons, oordopjes, of strakke kleding bij piercings in het oor of op andere plaatsen die vatbaar zijn voor druk.
Vervangen van het sieraad: Verwissel het sieraad pas na volledige genezing en laat dit bij voorkeur doen door een professionele piercer.
Wanneer hulp in te schakelen
Neem direct contact op met een arts of een professionele piercer als je een van de volgende symptomen opmerkt:
Roodheid en zwelling die niet afnemen
Pijn of warmte rond de piercing
Pus of afscheiding met een onaangename geur
Door deze nazorginstructies te volgen, geef je je piercing de beste kans om gezond te genezen en lang mooi te blijven. Let goed op eventuele signalen van complicaties en aarzel niet om hulp in te schakelen als dat nodig is.